Managing director: altijd al van gedroomd of kreeg die ambitie gaandeweg vorm?
Ik heb nooit een masterplan gesmeed om ‘baas’ te worden. Eigenlijk ben ik overal een beetje in gerold. Da’s ook hoe ik in de communicatie- en taalsector beland ben. Na mijn eindexamens aan de unief ging ik op zoek naar een leuke vakantiejob. Het interimkantoor kwam aanzetten met een functie bij een pr-bureau. Hoewel ik geen flauw benul had wat dat precies inhield, ben ik erop ingegaan.
Uiteindelijk beviel de functie me en bovendien kreeg ik na mijn vakantiejob het voorstel om aan de slag te gaan als assistente van de toenmalige MD. Ik had op dat moment geen idee wat ik anders wou doen met mijn diploma Romaanse en zo hoefde ik tenminste geen nieuwe job te zoeken. Tijdens die periode heb ik uiteraard heel veel geleerd, maar het is niet zo dat ik toen al dacht: “Over zoveel jaar wil ik daar staan.” Amper anderhalf jaar later sloeg de bankencrisis echter toe en werd ik samen met andere recente collega’s buiten gebonjourd. Toen heb ik vooral gezien hoe het niet moet. Voor een communicatiebureau hebben ze die crisis bijzonder slecht aangepakt.
Op dat moment vond ik wat er gebeurde een drama, maar achteraf gezien heb ik er echt veel van opgestoken. Ik communiceer graag heel transparant, luister altijd naar de mening van collega’s en zet van nature het team en de mensen op de eerste plaats. Ik ben ervan overtuigd dat mijn eerste werkervaring mij daarin voor een stuk gevormd heeft.
Later ben ik – ook weer toevallig en via via – bij Outsource Communications terechtgekomen. En toen mijn collega’s bij Outsource kwamen aankloppen met het plan om mij als volgende MD aan het roer te zetten, was mijn eerste reactie: “Zot, hoe ga ik dat doen?” Ook toen Stef zijn vertrek bij Blue Lines aankondigde, waren alle ogen automatisch op mij gericht. Om maar te zeggen: het liep allemaal heel organisch. Ik vergelijk het soms met op reis gaan naar een nieuwe bestemming met een minimum aan planning. Ik weet vooraf dat ik een goeie slaapplek heb, maar wil me toch zo veel mogelijk laten meeslepen.
Hoe ga je te werk? Wat is je leiderschapsfilosofie, je stijl?
Het zal je niet verrassen dat ik daar geen pasklaar antwoord op heb. Ik heb nooit een boek gelezen met vijf leiderschapsstijlen en er dan eentje uitgepikt. Zo werkt het niet bij mij.
Wat wel bij elke coachingsessie naar voren komt, is dat ik niet vlug de tafelspringer ben of het laatste woord opeis. Ik observeer eerder, hou alles goed in de gaten en stuur pas bij als dat nodig is. Ik heb er helemaal geen probleem mee om verantwoordelijkheid uit handen te geven. Integendeel: ik moet met mensen samenwerken, ik moet met mijn team kunnen aftoetsen. Anders word ik helemaal gek.
Je vindt een magische lamp en mag één iets van je functie wegwensen. Wat kies je?
Da’s een moeilijke. Ik zou minder in de auto willen zitten, maar dat heeft natuurlijk niets met mijn functie te maken (lacht). Net doordat ik zo nauw met de teams bij zowel Blue Lines als Outsource samenwerk, sta ik er nooit alleen voor. Dat maakt dat lastige beslissingen of moeilijke momenten minder op me doorwegen. Anderzijds heb ik er nooit een probleem mee om mijn verantwoordelijkheid op te nemen als er wat fout loopt.
Maar als ik dan toch iéts moet zeggen, zou ik wat minder administratie wensen – contracten, reglementen, dat soort dingen. Doordat ik niet altijd supergestructureerd ben, vraagt dat veel tijd en energie.
Van welke fout uit het verleden heb je het meest geleerd?
Tegen mijn buikgevoel ingaan. Ik probeer beslissingen zo veel mogelijk samen met collega’s te nemen, maar dat betekent ook dat ik heb moeten leren om niet zomaar te volgen wanneer ik aanvoel dat er iets wringt. Onder andere bij sollicitaties is het al voorgevallen dat ik geen match zie, maar dat anderen me toch van het tegendeel overtuigen, op basis van een fraai cv of interessante werkervaringen bijvoorbeeld.
Hetzelfde geldt voor nieuwe klanten: soms voel ik gewoon dat we niet op dezelfde golflengte zitten, maar gaan we bijvoorbeeld om financiële redenen toch met hen in zee. Ondertussen heb ik geleerd dat dat nooit een goed idee is. Als het niet klikt, is de samenwerking sowieso geen lang leven beschoren. En uiteindelijk kost het je altijd meer.
Welke raad zou je de Katleen van 10 jaar geleden meegeven?
Twee dingen. Het eerste is meer vertrouwen hebben in het feit dat je goed werk levert. Meer eigenwaarde dus, je talenten durven te erkennen. Ik ging er toen van uit dat wat ik deed, helemaal niet zo speciaal was, dat iedereen dat kan. Tegenwoordig durf ik er anders naar te kijken, en dat voelt goed.
Ten tweede zou ik haar meegeven dat ze meer moet relativeren. “Het is maar werk”, zou ik tegen die jongere Katleen zeggen. Ik was toen voortdurend met mijn werk bezig, en had moeite om dingen die gezegd of gebeurd waren, los te laten. Mijn kinderen en mijn vriend helpen me enorm om een duidelijke grens te trekken tussen werk en privé. Nu ervaar ik daarin veel meer evenwicht.
Wat maakt Blue Lines voor jou uniek?
Ongetwijfeld het sterke team. Als ik zie hoe het Blue Lines-team samenhangt en ‑werkt, dan denk ik: “Chapeau, da’s echt next-level collaboration.” Daardoor blijft de kwaliteit ongeëvenaard. Haal het sterke team weg en de kwaliteit keldert, daar ben ik zeker van. De feedback die we krijgen, liegt er niet om. Ik had vorige week nog een sollicitante die zei: “Ik wil voor jullie werken omdat ik bij het beste vertaalbureau aan de slag wil.” En die feedback krijgen we ook van bedrijven en klanten.
Welke uitdagingen zijn volgens jou eigen aan het managen van zo’n team?
Ik denk dat het net bij zo’n hecht team soms moeilijker ligt om veranderingen door te voeren dan bij een ander bedrijf. Maar daar maak ik me eigenlijk weinig zorgen over. Een mededeling als ‘dit gaan we vanaf nu anders doen’ is sowieso mijn stijl niet.
Het Blue Lines-team is erg zelfstandig en zelfsturend. Ik kan op beide oren slapen en weet dat eventuele verbeterpunten vanzelf op de agenda verschijnen. Ik bemoei me pas als ik moeilijkheden zie opduiken of iets niet goed zie komen. Maar uiteindelijk geloof ik niet dat er ingrijpende veranderingen aan de orde zijn. Behalve dan misschien het aantal koffiemachines inperken. Wat moet een klein bedrijf in godsnaam met drie koffiemachines? (Lacht)
Wat is je ambitie met Blue Lines? Wanneer is Blue Lines voor jou geslaagd?
Dat is het nu al. Maar uiteraard zijn er altijd toekomstplannen. De komende tijd willen we vooral onze contentpoot verder uitbouwen. Mijn ambitie is dat klanten er net zoals bij onze vertalingen op kunnen vertrouwen dat ze de hoogwaardige content krijgen die ze voor ogen hadden. We willen hen op de eerste plaats ontzorgen. Maar om dat vertrouwen te winnen, moeten we eerst nog wat groeien. Wat de vertalingen betreft, wil ik absoluut onze reputatie als beste op de markt hoog houden en nog meer bedrijven overtuigen om met ons samen te werken. Ik vind ook dat we in de toekomst nog doordachter moeten kiezen met welke bedrijven we in zee gaan.
We zijn dus best ambitieus, maar dat betekent niet dat ik pas bij de honderdste werknemer tevreden zal zijn. Voor mij is het veel belangrijker dat iedereen die hier aan de slag is, dat ook graag doet en voldoening haalt uit het werk dat we verzetten. Op dat vlak wijk ik niet af van hoe Stef en Sofie het altijd gedaan hebben. Al probeer ik misschien wat gerichter te werk te gaan. Ik heb het enthousiasme en de wilde ideeën van Stef altijd aanstekelijk gevonden, maar ik neem graag de tijd om beslissingen door te voeren en dan volop voor die strategische keuzes te gaan.
Welk liedje zou jij kiezen als main theme voor Blue Lines: de film?
Mijn oudste luistert voortdurend naar dat liedje van “I’m blue, dabadidaba …” Een verschrikkelijke oorwurm! Dan zegt hij: “Mama, hoe kan je dat nu slecht vinden? Je kan het helemaal meezingen!” Door de ‘blue’ is dat natuurlijk een optie, maar ik denk niet dat die keuze mij in dank zou afgenomen worden.
Maar als ik één liedje moet kiezen, dan ga ik toch voor de intro van The A-Team: “If you have a problem, if no one else can help, and if you can find them, maybe you can hire the A-team.” Heerlijk, en helemaal van toepassing op het Blue Lines-team. Al zijn wij wel iets makkelijker te vinden.